Nieuwsbrief
20 min read

In de ban van de bloesem

Kersenbloesemseizoen in Tokio en Kioto: fleurige massahysterie op z’n Japans

Kersenbloesem staat in het land van de rijzende zon symbool voor de vergankelijkheid van schoonheid en het leven. Dat leven is kort en mooi, en dat geldt ook voor een vakantie in Japan, dus geniet ervan.

Kersenbloesemseizoen in Tokio, dat staat garant voor massahysterie op z’n Japans. Lange rijen voor de kaartjesautomaten, dikke drommen voor de tourniquetjes, gedrang voor de ijscoverkoper, kinderen en bejaarden worden nog net niet onder de voet gelopen en overal klinkt opgewonden gekakel. Uit alle hoeken en gaten van de wereldstad komen Japanners kersenbloesem kijken in het Shinjuku-park, als het even kan voor de gelegenheid gekleed in een bebloemde kimono.

Tweehonderd yen kost een kaartje, pakweg anderhalve euro, want in Tokio is alles geordend en georganiseerd, zo ook de natuur. Uit het welbekende stadsbeeld van wolkenkrabbers en neonverlichting is het natuurschoon verdwenen, fluitende vogeltjes zijn opvallend afwezig en gras is een schaars goed, maar hier achter hoge stalen hekken schuilt een groene oase van torenhoge ceders en cipressen en wijdvertakte platanen, spiegelgladde vijvers vol kleurige koi en spartelende schildpadjes, romantische bruggetjes en zachtverende gazons. Een park zo plechtig dat het lijkt aangelegd voor de Japanse keizer zelve. Is ook zo.

In het voorjaar staan de oude kersenbomen in het Shinjuku-park eventjes in volle bloei
Het park ligt in het hart van Tokio; de wolkenkrabbers steken boven de bloesem uit

Witte bloesemwolk

Niemand maalt echter om het grazige groen. Hemels wit met een vleug zachtroze, daar draait het om, de delicate teint van de sakura, de kersenbloesem. Zo’n vijftienhonderd Japanse kersenbomen telt dit park en in het voorjaar staan die in volle bloei. Eventjes maar, een paar dagen; knipper met je ogen en het is weer voorbij, die mooie sakura. Doen Japanners dus niet, knipperen, want al eeuwenlang staat de sakura symbool voor de vergankelijkheid van schoonheid. Kersenbloesem is gelijk het leven: kort en mooi.

Vol bewondering wordt de bloesem bekeken, geroken, aangeraakt en gestreeld en onophoudelijk klinkt het klikklakken van mobieltjes en camera’s

Daar moet je van genieten. De keizer begreep dat duizend jaar geleden al, en sindsdien is de kunst van het bloemenkijken, hanami in het Japans, tot in de puntjes geperfectioneerd. Een cultureel en sociaal evenement is het, waar heel Japan het ganse jaar naar toeleeft. Vol bewondering wordt de bloesem van dichtbij bekeken, geroken, aangeraakt en gestreeld, her en der wordt een haiku gepreveld en onophoudelijk klinkt het klikklakken van fotomobieltjes. Rond de bloesemrijkste boom staat een legertje amateurfotografen met serieuze spiegelreflexcamera’s, wel dertig statieven in een kring om één en dezelfde kersenbloesemboom. De oude Yushino-kers bloesemt voordat het blad uitkomt en steekt af tegen de staalblauwe lucht als een witte wolk.

De stad loopt uit om onder de kersenbloesem te picknicken en op de foto te gaan
De lentepret duurt maar kort: de bomen bloeien gedurende anderhalve week

Het Shinjuku-park is de nationale tuin van Japan en alles gaat er heel beschaafd, aangemoedigd door een in de bomen verstopte zoetgevooisde vrouwenstem die doorlopend meedeelt dat er dan ook best een boel verboden is: niet rennen, niet schreeuwen, niet roken, niet skaten, niet fietsen, geen alcohol, geen rommel maken en blijf binnen de paden. Om de paar meter staat een officieel kijkende man of vrouw in een donkerblauw uniform met goudgerande kleppet en witte handschoenen de boel in goede banen te leiden. Zoveel keurigheid, de keizer kan er trots op zijn.

Sakura-schepijs

Heel anders gaat het een paar metrohaltes verderop toe in het Ueno-park. Een echt volkspark is het, waar de kersenbloesem is verheven tot volksfeest. ’s Morgens vroeg worden de mooiste plekjes onder de bloesembomen geclaimd middels blauwe dekzeiltjes, die door de benjamin van de familie, vriendenkring of kantoor geduldig worden bewaakt tot zijn pa en ma, broers en zussen en ooms en tantes, zijn vrienden en vriendinnen of zijn collega’s zich aan het einde van een lange werkdag bij hem voegen voor een vrolijke picknick van sushi en sake. De hele dag is het druk, tegen zessen wordt het hectisch en na zonsondergang blijft het nog lang onrustig in het Ueno-park.

De jeugd van Tokio verzamelt zich onder de kersenbomen in het Ueno-park
Er bestaan zo’n 600 verschillende soorten Japanse kersenbomen

Japan is in de ban van de bloesem, die ene week in de lente. Het weerbericht, dat normaliter nogal monotoon opsomt hoe bloedheet het ’s zomers wordt en hoe waterkoud in de winter, maakt plaats voor het sakurabericht: dagelijks vertellen statistiekjes in de krant, op teletekst, internet, lichtkranten en hotelprikborden hoe het ervoor staat met de bloesem, waar de witste wolken te bewonderen zijn en welke sakura-festiviteiten er voor morgen op het programma staan. Van duizend bloesemende bomen aan weerszijden van de Sumida-rivier tot de bemoste tombes op de Aoyama-begraafplaats: overal wordt feestgevierd onder de kersenbloesem, compleet met sakura-schepijsjes, sakura-thee, sakura-gebakjes en sakura-sake. Zo vluchtig als het is, die kersenbloesem, geniet men ervan met Japanse devotie.

In het voor- en najaar, als het doen en laten van de bevolking wordt beheerst door kersenbloesem en herfstkleuren, is Japan op z’n mooist

In de herfst herhaalt de vrolijke gekte zich, ditmaal als de stervormige bladeren van ontelbare esdoorns veranderen van sappig groen via felgeel, knaloranje en zuurstokroze in vuurrood. Opnieuw trekt Japan eropuit langs lanen en kanalen, naar tuinen en tempels, de natuur in en de bergen op voor de herfstige tegenhanger van de kersenbloesem: koyo. In het voor- en najaar, als het doen en laten van de bevolking wordt beheerst door kersenbloesem en herfstkleuren, is Japan op z’n mooist. Wie het land alleen van die seizoenen kent, vermoedt vanzelf dat het de rest van het jaar maar een saaie boel is. Niets is minder waar.

Het Kanaya is nationaal erfgoed en meer een museumstuk dan een hotel
Schaatsbaan, zwembad en Drakenpaviljoen op het dak van Hotel Kanaya

Houten museumhotel

De gedroomde uitstap vanuit Tokio is Nikko, waar sinds mensenheugenis de gegoede burgerij komt uitblazen in de frisse berglucht. In het historische Kanaya Hotel behoorden Albert Einstein en Charles Lindbergh tot de hooggeëerde gasten, die samen met gekimonode geisha’s met witgekalkte engelengezichten en rijstpapieren parasols ’s zomers aan het zwembad genoten van het uitzicht of ’s winters pirouetjes draaiden op de schaatsbaan. Het was een frivole boel hier in Nikko.

De ijsbaan verkeert nu in deplorabele toestand, net zoals het Drakenpaviljoen ernaast en het openluchtzwembad. Het Kanaya is meer een museumstuk dan een hotel, met nostalgische atmosfeer, een wonderlijke jazzbar en een niet te versmaden Japans ontbijt van verschillende schaaltjes vol kleine lekkernijen in een mooi kersenhouten doosje. Maar aan het uitzicht op de omringende besneeuwde bergtoppen is niets veranderd, dat is nog precies zo panoramisch als in het fin de siècle.

Niet die teletijdmachine van een houten hotel is hier het pronkstuk, maar de op de Werelderfgoedlijst genoteerde Toshogu-schrijn. Al een slordige duizend jaar is dit bergdorp een boeddhistisch bedevaartsoord, maar wereldfaam kwam pas toen hier begin 17e eeuw het mausoleum verrees van Ieyasu Tokugawa, de shintoïstische shogun die Japan herenigde. Kleinzoon Iemitsu vond het bouwwerk veel te bescheiden voor zo’n groot staatsman en liet vijftienduizend van ’s lands beste ambachtsmannen en kunstenaars het huidige heiligdom bouwen: een extatisch gedecoreerd complex van paviljoens, pagodes en poorten.

Een van de rijkelijk gedecoreerde paviljoens van de Toshogu-schrijn in Nikko
Rood lakwerk en sake-vaten in de Toshogu-schrijn: Japanser wordt het niet
Bemoste beelden in het bos: deze Jizo’s hebben allemaal een wollen mutsje gekregen

Bos vol boeddha’s

Een shintoschrijn is normaliter het sobere toonbeeld van serene rust in harmonie met de natuur. De Toshoguschrijn in Nikko lijkt het tegenovergestelde: in het complex werd liefst vijfhonderd kilo bladgoud verwerkt. Minutieus gedecoreerde daken, delicate fresco’s, boos kijkende boeddha’s, kunstig gekalligrafeerde sakevaten, spiegelglad rood lakwerk en kleurig houtsnijwerk van landelijk beroemde horen-zien-en-zwijgen-aapjes, heilige olifanten en een slapende kat, alles gedrenkt in eeuwenoude symboliek. De Japanse naam van de hoofdpoort betekent letterlijk dat je er tot zonsondergang naar kunt kijken zonder verveeld te raken. Geen woord van gelogen.

Langs de rivier staan tientallen beelden van Jizo, de boeddhistische beschermheilige van kinderen, met allemaal een rood mutsje op hun stenen hoofden

Zoals zoveel in het door esthetiek geobsedeerde Japan is ook de Toshogu van een schier onbeschrijflijke schoonheid. Dat het hier druk is, kun je niemand kwalijk nemen, maar de niet aflatende toeristendrommen bederven de pret toch een beetje. De ontsnapping is nabij.

Sla voorbij de heilige rode Shinkyo-brug linksaf, kuier een kwartiertje door het cederbos en je bent in de Ganmangafuchi-kloof. Voilà, rust en ruimte, met als bonus een boeddhistische begraafplaats vol bemoste boeddha’s en, keurig op rij langs een zacht ruisende rivier, tientallen stenen beelden van Jizo, de boeddhistische beschermheilige van kinderen, in diverse staten van verval maar stuk voor stuk liefdevol aangekleed in een rood zijden slabbetje en gebreide wollen muts. Wie nog geen boeddhist was, zou zich bij het lieflijke tafereel in dit sprookjesbos zomaar spontaan bekeren.

Ook de inwoners van Kioto trekken er in het kersenbloesemseizoen massaal op uit
In Kioto is het Maruyama-park de plek waar de jongeren samenscholen
Tot laat in de avond wordt er gegeten en gedronken onder de kersenbloesem

Het oude Kioto

Nikko’s Toshogu is een tempel uit duizenden, Kioto een stad van duizend tempels. Op een paar uur per kogeltrein vanuit Tokio, is Kioto bekend als de thuisbasis van Daihatsu en Nintendo, als culinaire hoofdstad met de meest verfijnde vorm van Japanse haute cuisine en als geboorteplaats van het Kioto-protocol. Prima, die moderne kant van Kioto, niks mis met klimaatbeheersing, kaiseki, boodschappenautootjes en Super Mario, maar daarmee is het nog niet ’s lands mooiste stad. Dáár zorgen die duizend tempels voor, pakweg half-half shintoïstisch en boeddhistisch en variërend van piepklein en popperig tot gigantisch en fantastisch.

Voordat de voornoemde shogun Ieyasu Tokugawa besloot te resideren in Edo, het huidige Tokio, was Kioto oneindig lang de almachtige hoofdstad van het Japanse keizerrijk. Aan weerszijden van de stad, verspreid over de groene uitlopers van het Hagashiyamagebergte in het oosten en het Kitayamagebergte in het noordwesten, liggen de schatkamers van Kioto. Het wemelt er van de monumentale restanten uit die duizendjarige glorietijd – het oude Kioto telt maar liefst zeventien Werelderfgoedtempels.

De Helder-Water-Tempel is gebouwd op 139 palen en biedt weids uitzicht op Kioto
Een – voor toeristen niet zo nuttige – wegwijzer bij de ingang van de Ginkaku-ji

Kiyomizu-dera is er zo een, zo’n tempel waarvan je bij de eerste aanblik begrijpt hoe die generaties dichters en schilders heeft bewogen tot meesterwerken. Een plaatje is het, die Helder-Water-Tempel: hoog verheven boven de stad op de helling van een heuvel gebouwd op 139 palen, zonder dat daar ook maar één spijker aan te pas kwam. Het dak is vernuftig bedekt met cipressenhout en, zo zegt men, groot genoeg om onderdak te bieden aan alle boeddhistische stromingen. Al even buitenproportioneel is de veranda met fenomenaal uitzicht – Kioto ligt aan je voeten.

De Zilveren Tempel is niet verzilverd, want het geld was op, maar de Gouden Tempel is wel verguld – en werd gerestaureerd met tweehonderdduizend velletjes bladgoud

God van rijst en sake

Eén probleem is er maar met Kioto: er is zoveel moois dat kiezen een onmogelijke opgave is. Teveel tempels en tuinen, de ene nog ouder en belangwekkender dan de andere, maar alle even bijzonder en bezoekwaardig, van het Zilveren Paviljoen in het oosten tot het Gouden Paviljoen in het westen. Die laatste is een must, vanwege de goudgele reflectie in de toepasselijk genaamde Spiegelvijver van de houten zentempel – die onlangs nog werd gerestaureerd met tweehonderdduizend velletjes bladgoud.

In de tempeltuin van de Nanzen-ji kan vegetarisch worden geluncht
De Kinkaku-ji werd gerestaureerd met tweehonderdduizend velletjes bladgoud

Behalve die klatergouden Kinkaku-ji is ook Ginkaku-ji een verplicht nummer, het Zilveren Paviljoen dat de naam ten spijt niet verzilverd is – het geld was op – en toch zo op een ansichtkaart kan. Maar nu even niet: de tempel staat tot volgend voorjaar in de steigers. Desondanks hierheen, al was het maar voor de omringende prachtige zentuin en omdat dit het vertrekpunt is voor het Filosofenpad, een plezante wandeling langs een kabbelend kanaal met aan weerszijden kersenbloesembomen, leuke winkeltjes en ontspannen cafés met zonnige terrasjes. Zo duurt het vanzelf even voordat je aankomt bij het eindpunt van het pad, de Nanzen-ji, waar vegetarisch kan worden geluncht in de tempeltuin.

Andere koek is de Fushimi Inari Taisha, waar de god van rijst en sake wordt vereerd. Het kilometerslange kronkelpad naar de tempel is volledig overdekt door ontelbare torii in scharlakenrood lakwerk. Normaal staat er één zo’n poort voor een tempel, hier zijn het er honderden, nee, duizenden, in ieder geval zoveel dat je door alle torii de tempel niet meer ziet. Kiezen is het credo in Kioto. Makkelijk is dat niet, vooral omdat al die boeddhatempels en shintoschrijnen zo verdraaid anders zijn. Sla je er eens een over, ten faveure van een sakura-ijsje op een bankje onder de bloesem, dan weet je zeker dat je iets moois mist. Zelfs na een dubbel dozijn tempels zit je hier nog niet aan je tempeltaks. «

Het Filosofenpad leidt langs een kabbelend kanaal met aan weerszijden tientallen kersenbomen
Fushimi Inari Taisha: ontelbare torii in rood lakwerk, een kilometer lang
ETEN & DRINKEN IN JAPAN
TOKIO > Maak slim gebruik van de jetlag en arriveer ruim voor vijven ’s ochtends op Tokio’s Tsukiji-markt, de grootste vismarkt ter wereld, voor de fenomenale tonijnveiling. Zo rond zevenen, voordat de rijen te lang worden, zoek je een restaurantje aan de rand van de markthallen uit voor een niet te versmaden ontbijt van sushi en sashimi – verser wordt vis niet. TOKIO > Voor het mooiste uitzicht met de flitslift naar de 52ste verdieping van Roppongi Hills. Tokyo City View is de toeristentrekker met panoramaplatforms binnen en buiten op het dak, het Mori Art Museum is een van Tokio’s niet te missen musea, en in de chique herenclub hier betaal je voor een cognac en sigaar 7500 euro per jaar. Dat kan goedkoper: 7,50 euro kost een Cuba Libre in museumcafé The Sun & The Moon in de Mori-toren, met exact hetzelfde uitzinnige uitzicht op Tokio in miniatuur. KIOTO > In Gion komen na zonsondergang de maiko buiten, geisha’s in opleiding maar in vol ornaat met witgekalkte gezichten en roodgelakte lippen. Langs de rivier loopt het bekende eetstraatje Pontocho vol populaire en prima restaurants. Zo is Mameya Genzo sober en smaakvol ingericht met westerse stoelen aan mooie rode laktafels en, authentieker, Japanse lage tafels met vernuftige bamboe ruggensteuntjes op de tatamimatten. Uit de keuken komen culinaire kunstwerkjes van tofoe, gestoomde groenten en verse vis.
De tonijnveiling in ’s werelds grootste vismarkt in Tokio
Een culinair kunstwerkje uit de keuken van Mameya Genzo in Kioto
SHOPPEN IN JAPAN
TOKIO > Akihabara is Tokio’s Electric Town vol digitale gadgets en flikkerende neonverlichting, maar tegelijk is het de hemel voor otaku ofwel hardcore-fans van manga en anime, met megawinkels tjokvol striptijdschriften, boeken en dvd’s. Duik een achterafstraatje in voor kleine winkeltjes met waardevol verzamelaarswaar en rariteiten. Drink thee in een maid café en word gedienstig bediend door een manga-esque dienstmeid. TOKIO > Het contrast is kolossaal: ga vanaf het popperige treinstationnetje Harajuku twee keer rechts en alles is zen in de Meiji-jingu, een statige Shintoschrijn in een uitgestrekte tuin, of wandel rechtdoor en je komt in Takeshita-dori, Tokio’s meest hysterische straatje met honderd winkeltjes vol zuurstokroze petticoats, knalblauwe pruiken en gifgroene designersneakers, die een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefenen op dikke drommen van doldwaas uitgedoste cosplay-kids. TOKIO > Omotesando, zeg maar de PC van Tokio, is een walhalla voor shopaholics én voor fans van moderne architectuur: de transparante Dior-vlaggenschipwinkel is van Sejima Kazuyo, de blokkendoos van Louis Vuitton van Jun Aoki en Prada’s bubbelglaspaleis van Herzog & de Meuron. Opvallend is ook de Tod’s-winkel van Toyo Ito met een gestileerd patroon in glad beton en glas van de voor deze straat kenmerkende zelkova-iepen.
Omotesando is de P.C. Hooftstraat van Tokio
DOEN IN JAPAN
KERSENBLOESEM > Het seizoen loopt van eind maart tot begin april, maar dat is afhankelijk van het weer, dus check de kersenbloesemverwachting. De populairste sakura-plekken zijn de Shinjuku-, Ueno- en Sumida-parken in Tokio en het Maruyama-park, Arashiyama en het Filosofenpad in Kioto. Heel Japan trekt eropuit in de kersenbloesemweek, dus boek op tijd een hotel. HERFSTKLEUREN > In oktober en november in Nikko, tweede helft november in Kioto en eind november/begin december in Tokio. De populairste koyo-plekken zijn het Chuzenji-meer bij Nikko, de Tofukuji- en Eikando-tempels en Arashiyama in Kioto en het Yoyogi-park in Tokio. TOKIO > Daguitstap: bezoek na de Tsukiji-vismarkt het nabije Hamarikyu-park met kronkelende wandelpaden, een verstilde visvijver, houten theehuis en een groene oase van rust tussen de wolkenkrabbers. Neem de waterbus naar Asakusa, lunch met versgebakken tempura in het drukke straatje Nakamise-dori, dat leidt naar de wonderschone Sensoji-tempel en blaas uit in de Asakusa Kannon Onsen, een spartaans maar authentiek Japans badhuis. KIOTO > Daguitstap: aan de rand van de stad ligt verscholen in het groen en omringd door bergen het oude wijkje Arashiyama met delicatessenwinkels, cafés en eethuisjes, een bamboebos en rondritjes per riksja langs wel honderd schrijntjes en tempeltjes. Hiervandaan boemelt een treintje al piepend en krakend naar Sagano, waarna je over de rivier met kleine stroomversnellingen in handmatig voortgepeddelde bootjes door een oogstrelende vallei terugkeert naar Arashiyama.
Het bamboebos in Arashiyama
Puik daguitstapje: in een bootje van Sagano terug naar Arashiyama
LOGEREN IN JAPAN
TOKIO > Een intens Japanse ervaring: overnachten in een capsulehotel. En dat kan nu ook luxueus: in het op vliegtuiginterieurs geïnspireerde First Cabin Akihabara (va. € 40 p.p.) zijn gescheiden verdiepingen voor m/v, een lounge met koffie en wifi, gemeenschappelijke badruimtes en een bed in je eigen cocon met wekker, leeslamp en tv. Japanse pyjama, slofjes en tandenborstel inbegrepen. NIKKO > Eleanor Roosevelt, Indira Gandhi, Shirley MacLaine en Zijne Keizerlijke Hoogheid zelve logeerden in de bergen in Japans oudste en beroemdste grand hotel, het Nikko Kanaya (2pk va. € 110) sedert 1873. Nationaal erfgoed, een levend museum en de hemel voor nostalgici. KIOTO > Ryokan zijn traditionele houten herbergen, variërend van spartaans en spotgoedkoop tot peperduur en hyperexclusief. Voorhanden in het hele land, maar nergens mooier dan in Kioto. Het neusje van de zalm is de geraffineerde serene wabi-sabi-esthetiek van Tawaraya, dat al driehonderd jaar en elf generaties lang wordt gerund door dezelfde familie en waar eerder Marlon Brando en Alfred Hitchcock voor achthonderd euro per nacht op een matje op de vloer sliepen. Geen website.

Gratis nieuwsbrief
Wil jij mijn reisreportages gratis in je mailbox? Ik stuur je graag eens per kwartaal mijn nieuwsbrief.